Warriors d’amour in het klaslokaal: Poëtische filosofische die fysiek ‘getoetst’ worden. Een voorbeeld: wat is dapper? Waar huist dat in je lichaam? In je botten? Je huid? Je hart? Welke focus heb je bij dapper? Naar buiten of naar binnen gericht? En je ademhaling? Gaat die kalm, snel of langzaam bij dapper? Op deze vragen zijn gelukkig geen eenduidige antwoorden mogelijk, immers elk mens beleefd dapperheid op haar/zijn manier. Dat maakt deze lessen zo geschikt om inzicht te krijgen in je eigen [pest]gedrag in de klas.

Plezier hebben en nieuwsgierig zijn naar dergelijke levensvragen, deze onderzoeken met jouw lichaam en geest maakt je een krijger in mijn ogen: Je komt tijdens dat onderzoek jezelf, jouw waarden tegen. Als je dapperte onderzoekt, kom je ook haar tegengestelde tegen, want ben je continue dapper? Wanneer ben je niet dapper en is dat dan laf? Boeiend detail bij dergelijke vragen is ontdekken waar de grens kan liggen tussen navelstaarderij, egoïsme en compassie.
Stel je de kwaliteit van het klaslokaal voor wanneer deze gevuld is met leerlingen die gewaar zijn van hun compassie en hun moed maar ook weet hebben van hun lafheid, hun angst. Wow! Een klaslokaal met krijgers!

foto: pagina uit mijn boekje ‘Meester mag ik zijn?’